10 mei, een aparte datum in het boek ”Cocky, Rotterdamse verzetsheldin”

Op 10 mei 1940 vielen de Duitsers ons land binnen. Ze wierpen hun bommen op Waalhaven in Rotterdam. Op 14 mei bombardeerden ze de havenstad plat. Over de impact hiervan lees ik in het boek Cocky, verzetsheldin uit Rotterdam geschreven door Michael Barzilaij.

Cocky en haar man Anton werkten nauw samen met Rotterdamse verzetskopstukken als Jo Berlijn en verzetsleiders als Tjerk/Theo Elsinga. Voor zijn boek Cocky dook kleinzoon Michael Barzilaij maandenlang  in de archieven en interviewde nog levende ooggetuigen. Hij beschrijft tot in details en met cijfers de impact van de bombardementen op Rotterdam.

10 mei 1940

Het boek van Michael Barzilaij begint op 10 mei. Zonder de angst te benoemen beschrijft hij de nachtmerrie van de inval door de Duitsers. Door zijn woordkeuze in deze allereerste alinea kan ik me de paniek van toen goed voorstellen. 
Na deze eerste alinea volgt een flashback naar 6 mei. Rotterdam maakt zich op voor de 600e verjaardag van de stad. Inspelende op de 31 verjaardag van prinses Juliana staat de jaarlijkse wedstrijd ‘’Mooist Etalage van Delfshaven’’ in het teken van het koningshuis.
 Banketbakster Jeanne, de zus van Cocky, wint de wedstrijd. Ze maakte een Gouden Koets met vierspan uit marsepein, chocolade en suikergoed.  Met het naderen van Moederdag trekt de winkel veel klandizie., In rijen dik wachten ze voor de  toonbank.
De dag na het bombardement ligt de hele winkel in gruzelementen. De ruiten zijn ingegooid door plunderende soldaten en burgers. Uit angst voor schaarste sloegen ze toe.  Van de Gouden Koets resteren alleen wat kruimels tussen glasscherven.  In Cocky ontvlamt het vuur van het verzet en zal nooit meer doven.

10 mei 2020

10 mei 2020. Moederdag. Zelf heb ik geen kinderen en dus valt er voor mij niets te vieren. Herdenken doe ik wel. Ik koester de gedachten aan mijn moeder. In de oorlog 1940-1945 werkte ze op de afdeling Duitse Zaken van de gemeente Hilversum.
Intussen speelde ze informatie over razzia’s en dergelijke zaken door aan het verzet. Ze sprak er met niemand over. Zelfs tegen mijn vader niet, met wie ze destijds verloofd was. ‘’Als hij het had geweten, dan had hij nooit zijn mond kunnen houden,’’ vertelde ze me later wel eens.
Ze sprak spaarzaam over haar verzetswerk. Ze was even bescheiden als Cocky en veel anderen uit de ondergrondse of concentratiekampen. Dat mijn moeder niet de enige met zo’n dubbelrol was blijkt uit het verhaal van Michael Barzilay over Kitty van der Have. Zij was een  medekoerierster van Cocky.
Ze was niet alleen koerierster van het verzet, maar ook secretaresse van een Rotterdamse koopman die ook NSB’er was. Dan raakt Kitty  verliefd  op een Duitse marinier. Dat gaat faliekant mis. Belangrijke kopstukken uit de ondergrondse  verliezen het leven. Meedogenloos nemen de verzetsstrijders wraak op Kitty.  Door het zien ontaarden van goede in slechte mensen zwijgt Cocky voorgoed.

mijn moeder Riek Reijn voor haar huis tijdens de Tweede Wereldoorlog
mijn moeder Riek Reijn voor haar huis tijdens de Tweede Wereldoorlog

Verwarrend    

Desondanks schetst  Michael Barzilay een indrukwekkend verhaal over zijn grootouders als verzetshelden. Het boeit me wel, maar de eerste hoofdstukken raken me niet echt. Ik vind het  verwarrend.  
Hoewel haar naam in grote gele letters op de cover prijkt, duikt ze slechts in flarden op. De aandacht gaat vooral naar het verzetswerk in Rotterdam en naar Jimmy, een bij het echtpaar ondergedoken Britse piloot.  
Intussen vraag ik me af: waar blijft Cocky, wie is ze, en wat gaat er door haar heen? Dat ontdek ik pas veel later in het boek. Wat dat betreft hadden ze het beschreven researchwerk beter in het voorwoord kunnen plaatsen dan in het nawoord. Dan had ik het boek met meer interesse gelezen. Het doet me denken aan het drinken van een glas karnemelk waarvan je dacht dat het volle melk zou zijn.
De eerste alinea wekt de indruk dat het hier gaat om het bombardement van Rotterdam. Pas drie pagina’s later blijkt anders. Het betreft het eerste bombardement op de Waalhaven.
● Onverwachts schakelt auteur Michael Barzilay soms over van de derde naar de eerste persoon.
●  De afkorting LKP wordt genoemd, maar niet de betekenis. Ik ken de afkorting LKP als Landelijk Koördinatie Punt groepen kerk en homoseksualiteit. Zo ver waren ze destijds nog niet. Dus zal het wel betekenen Landelijk Koőrdinatie Punt. Ook vraag ik me af wat ‘’Nazibordeel’’ betekent. Het wordt slechts genoemd zonder verdere uitleg.  
● Verder rammelt de stijl hier en daar door het ontbreken van ritme, soms omslachtige zinnen, passieve stijl, een enkele taalfout zoals ‘’over enweer’’ en clichés.
● Verwarrend tenslotte is ook het in de tekst plotselinge vooruitblikken in de tijd, in plaats van deze gegevens in een voetnoot te plaatsen. 
Kortom: een groot compliment voor het research maar een onvoldoende voor het redigeren.   Zelf lees je hier als auteur gemakkelijk overheen vooral bij het geven van zo veel boeiende informatie.   

Mooiste scène en toenemende spanning

Pas op pagina 72 neemt mijn interesse toe. In het hoofdstuk ‘’Bruiloft’’ beschrijft Michael Barzilay de huwelijksceremonie tussen zijn grootouders Cocky en Anton. Beeldend beschrijft hij de bruiloftstoet:  
’Achter de pruttelende blauwe Pakcard met het bruidspaar reed de afgeladen oude Buick van oom Leendert, daar weer achter een drom fietsende familieleden, een bakfiets met vrienden, een motor met oom en tante en een neef en nicht waren te paard.’’
Het paar vestigde zich in de Breitnerstraat. Daar woonde ook een officier van de Sicherheitsdienst. En dat terwijl Cocky en Anton een Britse piloot en anderen bij zich lieten onderduiken. Ze worden verraden.
De nazi’s  maken jacht maken op kleermaker Anton. Steeds weer ontsnapt hij op het nippertje. In Rotterdam openen de Nazi’s hun schrikbewind onder de noemer ‘’Schrecklichkeit’’. Tussen de spoorwegstaking van 17 september 1944 en de bevrijding van 5 mei 1945 liquideren ze in Rotterdam ruim 150 mensen.

10 mei, Cocky, Anton en vrienden op het balkon aan de Breitnerstraat 60B. Over de rand van het balkon hangt de korte broek van de Sicherheitsdienst-oficier 1943 ,
Cocky, Anton en vrienden op het balkon aan de Breitnerstraat 60B. Over de rand van het balkon hangt de korte broek van de Sicherheitsdienst-oficier 1943 ,

10 mei 1945     

Op 10 mei 1945 werd Rotterdam bevrijd door de Canadezen. Dat blijkt uit een brief van Anton en Cocky aan Jimmy (pagina 221). Hij zat tijdens de oorlog bij hen ondergedoken. Anton en Cocky hebben de hongerwinter goed doorstaan. Over deze barre tijd schreef  Barzilay een aangrijpend verslag. Hij noemt zelfs prijzen. Vijftig gulden voor een zakje suiker, tientallen guldens voor een brood.
Na de oorlog ontvangt Jimmy op een in het boek moeilijk te achterhalen datum een brief van Cocky en Anton. Ze hadden  Jimmy bij hen laten onderduiken. Ze schreven de hongertijd goed te hebben doorstaan en dat de Canadezen hen pas op 10 mei bevrijdden.
 Anton en Cocky eindigen hun brief met de vraag: ‘’wie heeft ons verraden?’’ Voor hen blijft dat een vraag. Zelf las ik daarover het verbijsterende relaas. Het behoort tot de vele veelal onbekende berichten die dit boek het lezen waard maken.   

Boektrailer van Cocky
10 mei Cocky en Anton in het Kralingse bos 1952
Cocky en Anton in het Kralingse bos 1952

Cocky, verzetsheldin uit Rotterdam, en andere oorlogsboeken

Michael Barzilaij, Cocky, Paperback met flappen, 256 blz. – ISBN 978-90-225-8917-5 – Prijs € 19,99,
● ‘’Cocky, verzetsheldin uit Rotterdam’’ kwam tot stand door bemiddeling van Sebes & Bisseling, literary Agency te Amsterdam.
● Dankzij Sebes & Bisseling is het boek ‘’Eindstation Auschwitz’’ van Eddy de Wind een wereldwijde bestseller. 
● Eerder schreef ik een recensie over ”Held zonder Vaderland” van Miriam Guensberg over de Poolse oorlogsheld Dolek Guensberg. Het verhaalt hoe de Poolse strijders ons land bevrijdden en nauwelijks erkenning kregen. Na de oorlog hield Stalin in  hun eigen land een terreur bewind tegen Poolse Joden. Het boek is een liefdesdocument van een dochter aan haar vader.
● Andere boeiende boeken over de oorlog zijn onder andere:
   ● Armando Lucas Correa, ”Het Duitse meisje” (Meulenhof Boekerij), het verbijsterende verhaal over de sint Louis. Dat was een Duitse oceaanstomer met aan boord 900 Joden die bijna geheel hun vermogen gaven voor een overtocht naar Cuba. Slechts enkelen waren daar welkom. Uiteindelijk voeren ze terug naar Europa, waar ¼ van de passagiers omkwam in concentratiekampen. Ook  verkrijgbaar als Bookazine.    
  ● ”75 jaar Vrijheid”, een special van Libelle over vrouwen in verzet. Een zeer inspirerend 200 pagina’s tellend document over moedige vrouwen . Bijzondere, dappere, kwetsbare, onverzettelijke en meestal onbekend gebleven vrouwen.
  ●
Tip van een van de lezers van mijn blog: Etty Hillesum. ”Het Werk”. Dagboeken en brieven van een Joodse vrouw die woonde in hartje Amsterdam en in Auschwitz werd vermoord.
Hiermee sluit ik mijn recensies over oorlogsboeken af, want eind juni- medio  juli 2020 verschijnt bij uitgeverij U2pi mijn eigen boek ”De Doorzetstèr”. Het is mijn levensverhaal over rouw, een nieuwe liefde op latere leeftijd en samen gelukkig worden door het overwinnen van relatieproblemen binnen de impact van wereldschokkende gebeurtenissen. 

Wist je dat?

Wist je dat de Breitnerstraat in Rotterdam destijds bekend stond als Nazistraat. ‘’Deutsche Freundlichkeit maar ook Joodsgezindheid verschilden van deur tot deur, in enkele gevallen zelfs van kamer tot kamer’’, schrijft Barzilay. Niet alleen het echtpaar Cocky en Anton woonden er, maar ook zowel Joodse als niet Joodse zakenmensen, medewerkers van de Sicherheitsdienst en ander gespuis. De muren hadden oren. Halverwege de oorlog waren alle Joden uit de straat verdwenen. Met de terugkeer van de Joodse familie Ivens en de vlucht van NSB-bovenbuurman De Haan kreeg de Breitnerstraat iets van haar oude luister terug.

Kijk voor meer interessante boeken op de website van uitgeverij Meulenhof Boekerij.  

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *